Terug naar blog
Op steeds meer mbo's wordt kunst ingezet om studenten te laten groeien. Niet alleen
omdat het leuk is, maar vooral omdat het werkt. Via theaterworkshops leren
studenten beter presenteren, met graffiti ontdekken ze hun creativiteit en door samen
een film te maken leren ze samenwerken. Kunst geeft studenten vaardigheden die
ze later hard nodig hebben.
Terug naar blog

Kunst als leermiddel
Kunstonderwijs op het mbo gaat verder dan tekenen of toneel spelen. Het helpt studenten om uit hun schulp te kruipen. Een stille student die nooit wat zegt, kan tijdens een theaterworkshop ontdekken dat presenteren best goed gaat. Iemand die denkt niks te kunnen, maakt tijdens een graffiti-workshop ineens iets waar hij trots op is. De workshops mbo sluiten aan bij wat studenten interesseert. Beatmaking, podcasts maken, filmen met je telefoon of werken met augmented reality - het zijn allemaal dingen die studenten toch al doen of waar ze nieuwsgierig naar zijn. Het verschil is dat ze er nu ook iets van leren.Burgerschap wordt praktisch
Burgerschap moet verplicht op het mbo, maar hoe maak je dat interessant? Door studenten ermee aan de slag te laten gaan. Een storyboard maken over discriminatie werkt beter dan een hoofdstuk lezen. Een opinietekst schrijven over iets waar je zelf mee zit, blijft beter hangen dan theorie uit een boek. Bij activiteiten mbo zoals het maken van een magazine over maatschappelijke problemen of streetart over actuele thema's, wordt burgerschap concreet. Studenten leren niet alleen over democratie, ze oefenen ermee. Ze nemen een standpunt in, onderbouwen dat en presenteren het aan anderen. Ook cultuurverschillen komen aan bod. Bij workshops zoals capoeira of djembé maken studenten kennis met andere culturen. Ze zien dat er meer manieren zijn om je uit te drukken en dat kunst mensen verbindt, ongeacht waar ze vandaan komen.Vaardigheden die je later nodig hebt
Werkgevers zoeken mensen die kunnen samenwerken, communiceren en creatief denken. Dat leer je niet uit een boek. Maar wel door samen een choreografie te maken, een filmpje te draaien of in groepjes een podcast op te nemen. Dan moet je luisteren naar elkaar, feedback geven en tot een resultaat komen. Die vaardigheden neem je mee. Een student die geleerd heeft krachtig te presenteren, doet dat straks ook tijdens een sollicitatiegesprek. Iemand die kritisch heeft leren kijken naar beelden, doet dat ook bij nieuwsberichten op sociale media.Hoe wordt het georganiseerd
Veel mbo's werken samen met organisaties die kunstactiviteiten verzorgen. Die regelen alles: ze zoeken docenten die studenten kunnen enthousiasmeren, leveren materialen en zorgen dat het goed georganiseerd is. Docenten hoeven alleen tafels en stoelen klaar te zetten en kunnen daarna gewoon meekijken. Welke workshop past, hangt af van de opleiding. Bij een technische opleiding werkt sound design of augmented reality goed. Bij een zorgopleiding zijn workshops over communicatie, zoals improvisatietheater, vaak een betere keuze.Voor iedereen iets
Het mooie van kunst is dat iedereen ergens goed in is. De een houdt van dansen, de ander van filmen. Door een breed aanbod te hebben, vindt elke student wel iets. Ook studenten die moeite hebben met gewone lessen, kunnen bij kunst goed uit de voeten. Het gaat om doen en ervaren, niet alleen om theorie. Dat werkt motiverend. Studenten die normaal achteroverleunen, doen ineens volop mee. En die motivatie werkt door naar andere vakken.Wat het oplevert
Na een kunstproject voelen studenten zich vaak meer verbonden met hun klasgenoten. Ze hebben samen iets gemaakt en dat schept een band. Ook het zelfvertrouwen groeit. Als je iets maakt waar anderen positief op reageren, doet dat wat met je. Die effecten blijven. Presentatievaardigheden die je tijdens een theaterworkshop leert, gebruik je later bij sollicitaties. Een kritische blik die je ontwikkelt bij het maken van cartoons, houd je de rest van je leven. Via budgetten zoals de cultuurpas kunnen mbo's kunstactiviteiten betalen. Zo krijgen alle studenten de kans om met kunst bezig te zijn, ook als ze daar thuis niet mee in aanraking komen. En omdat externe organisaties de organisatie uit handen nemen, kost het docenten weinig tijd. Ze kunnen zich concentreren op hun studenten en genieten van wat er ontstaat.Terug naar blog